Verschillen
Dit geeft de verschillen weer tussen de geselecteerde revisie en de huidige revisie van de pagina.
Volgende revisie | Vorige revisie | ||
eendenhouderij [2020/09/07 12:09] 127.0.0.1 Externe bewerking |
eendenhouderij [2024/08/13 03:31] (huidige) zaanlander |
||
---|---|---|---|
Regel 1: | Regel 1: | ||
==== Eendenhouderij ==== | ==== Eendenhouderij ==== | ||
- | Door de aanwezigheid van zoveel sloten, plassen en drassige weiden is de Zaanstreek steeds een trekpleister | + | Door de aanwezigheid van zoveel sloten, plassen en drassige weiden is de Zaanstreek steeds een trekpleister |
In de 17e eeuw, misschien al eerder, heeft zich een vrij omvangrijke eendenhouderij ontwikkeld. De wilde eenden konden namelijk vrij eenvoudig worden gedomesticeerd; | In de 17e eeuw, misschien al eerder, heeft zich een vrij omvangrijke eendenhouderij ontwikkeld. De wilde eenden konden namelijk vrij eenvoudig worden gedomesticeerd; | ||
=== In de hele streek === | === In de hele streek === | ||
- | In verschillende padreglementen komt een verbod voor tot het houden van eenden | + | |
+ | In verschillende padreglementen komt een verbod voor tot het houden van eenden, bijvoorbeeld 'Ende houders die haare Eende met spiering voeden of diergelijke', | ||
+ | |||
+ | Overigens moesten ze ook van 1 juni tot 1 september in de hokken blijven in verband met de schade die zij aan landbouwgewassen toebrachten. Uit zulke maatregelen blijkt dat aantal gehouden eenden van betekenis moet zijn geweest. Omstreeks hetzelfde jaar 1696 richtten eendenhouders zich in een ongedateerd adres tot de regeerders van de Hoge Heerlijkheid Assendelft aangezien zij zich door de toenemende stroperij in hun bestaan bedreigd voelden; als geen maatregelen werden genomen zouden velen 'die haar nu eerlijck daar mede generen komen te vervallen dat zij om haar Broot zullen moeten bedelen. | ||
[{{ : | [{{ : | ||
- | Uit een en ander wordt duidelijk dat de eendenhouderij al in de 17e eeuw een bestaansbron is geweest. Waarschijnlijk werden de eenden zowel voor de eieren als voor de slacht gehouden. Bij het laatste had men de mogelijkheid het aanbod af te stemmen op wat de markt vroeg. | + | Uit één en ander wordt duidelijk dat de eendenhouderij al in de 17e eeuw een bestaansbron is geweest. Waarschijnlijk werden de eenden zowel voor de eieren als voor de slacht gehouden. Bij het laatste had men de mogelijkheid het aanbod af te stemmen op wat de markt vroeg. |
- | Wat de eieren betreft is het de vraag of deze ook toen al werden geleverd aan de bakkerijen van (scheeps)beschuit. Het is immers niet duidelijk of voor het deeg van de oorspronkelijke, | + | Wat de eieren betreft is het de vraag of deze ook toen al werden geleverd aan de bakkerijen van scheepsbeschuit. Het is immers niet duidelijk of voor het deeg van de oorspronkelijke, |
=== Tellingen in Oostzaan === | === Tellingen in Oostzaan === | ||
Werden blijkens min of meer nauwkeurige tellingen in 1865 in die gemeente 5.216 eenden gehouden, in 1893 was dit aantal gegroeid tot 10.144 en in 1903 tot 18.730. Vervolgens handhaafden de schattingen jarenlang 20.000 eenden. De bedrijvigheid in de eendenhouderij liep al tijdens de Eerste Wereldoorlog sterk terug en verloor haar betekenis nog verder toen de beschuitfabrieken in plaats van verse eieren geïmporteerd eipoeder in hun receptuur gingen verwerken. | Werden blijkens min of meer nauwkeurige tellingen in 1865 in die gemeente 5.216 eenden gehouden, in 1893 was dit aantal gegroeid tot 10.144 en in 1903 tot 18.730. Vervolgens handhaafden de schattingen jarenlang 20.000 eenden. De bedrijvigheid in de eendenhouderij liep al tijdens de Eerste Wereldoorlog sterk terug en verloor haar betekenis nog verder toen de beschuitfabrieken in plaats van verse eieren geïmporteerd eipoeder in hun receptuur gingen verwerken. | ||
- | De eendenhouderij leidde in Oostzaan tot verschillende nevenactiviteiten; | + | De eendenhouderij leidde in Oostzaan tot verschillende nevenactiviteiten; |
+ | |||
+ | Als voer voor de eenden werd aanvankelijk kleine vis, spiering of bliek uit de poldersloten gebruikt. Daarna ging men [[puf]] en mosselen aanvoeren uit IJmuiden. De mosselen werden gemalen en later ook gestoomd. In de 19e eeuw kochten de eendenhouders ook wel het plantaardige afval van de Zaanse pel- en oliemolens op als eendenvoer. Doordat ze vooral de in afvalhokken opgeslagen gerstdoppen van de gortpelmolens kochten, ontstond voor Oostzaners zelfs de bijnaam ' | ||
- | Als voer voor de eenden werd aanvankelijk kleine vis (spiering, bliek) uit de poldersloten gebruikt. Daarna ging men [[puf]] en mosselen aanvoeren uit IJmuiden. De mosselen werden gemalen en later ook gestoomd. In de 19e eeuw kochten de eendenhouders ook wel het plantaardige afval van de Zaanse pel- en oliemolens op als eendevoer. Doordat ze vooral de in afvalhokken opgeslagen gerstdoppen van de gortpelmolens kochten, ontstond voor Oostzaners zelfs de bijnaam ‘doppehokkers’, | ||