Beer, de

Scheepswerf te Zaandam, geliquideerd in 1964. Scheepswerf De Beer kwam voort uit Scheepswerf Kraaier, Scheepswerfplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigKraaier, Scheepswerf

Voormalige scheepswerf, aanvankelijk gevestigd aan de Zuiddijk, later in de Achtersluispolder in Zaandam. In 1957 voortgezet onder de naam Scheepswerf De Beer. In 1964 ging het bedrijf failliet.

Grondlegger van het bedrijf was Jb. Kraaier Sr. (1886-1956). Een scheepsbouwer, die in 1913 achter zijn huis aan de Zuiddijk begon met het vervaardigen van boeren- en vissersjollen en bootsmansvletten. Een boerenjol bracht in die beginperiode een bedrag op van 35 gulden en een eike…
, en werd na de Tweede Wereldoorlog begonnen door J. Kraaier en A. de Beer. De werf legde zich aanvankelijk toe op de jachtbouw, later ook op de bouw van grotere stalen schepen. Dankzij opdrachten uit Indonesië voor havenboten. loodsboten en coasters werd de werf in de jaren 1953-1957 belangrijk uitgebreid. Het aantal werknemers steeg tot circa 250. De juridische vorm werd in 1954 omgezet in een nv. J. Kraaier trad in 1957 uit. Een belangrijke uitbreiding had plaats in 1957, toen de werf geschikt werd gemaakt voor het bouwen van schepen tot 8.000 ton, een investering van ca. fl. 1 mln. De opdrachten die hierop volgden waren echter tegenvallend; alleen de Mary Nübel (het grootste schip dat in de Zaanstreek werd gebouwd) kwam van de werf. Voor het overige had De Beer te lijden onder de teruggang van de nationale scheepsbouw, die mede werd veroorzaakt door de steeds sterker wordende concurrentiepositie van Japan. Bij De Beer poogde men dit op te lossen door (mogelijk gemaakt door een lening van het Industrieschapplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigIndustrieschap

In 1953 opgericht samenwerkingsverband tussen acht Zaanse gemeenten Assendelft, Koog, Krommenie, Westzaan, Wormer, Wormerveer, Zaandam, Zaandijk en de Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Zaanland. Het Industrieschap beoogde verdere industriële ontwikkeling van de streek en kreeg daartoe de gronden in beheer die de toen nog afzonderlijke gemeenten hadden bestemd en al of niet ingericht voor de vestiging van nieuwe bedrijven. Het schap was gevestigd in het toenmalige gebouw van …
Zaanstreek) een drijvend dok te bouwen, waardoor een reparatie-afdeling gestart kon worden. Deze draaide goed, maar kon op den duur de verliezen van de nieuwbouwafdeling, waar het accent naar de bouw van zeewaardige jachten was verplaatst, niet langer compenseren. In 1964 werd het faillissement over de scheepswerf uitgesproken, er werkten toen nog 125 personeelsleden.