Kraaier, Scheepswerf
Voormalige scheepswerf, aanvankelijk gevestigd aan de Zuiddijk, later in de Achtersluispolder in Zaandam. In 1957 voortgezet onder de naam Scheepswerf De Beer. In 1964 ging het bedrijf failliet.
Grondlegger van het bedrijf was Jb. Kraaier Sr. (1886-1956). Een scheepsbouwer, die in 1913 achter zijn huis aan de Zuiddijk begon met het vervaardigen van boeren- en vissersjollen en bootsmansvletten. Een boerenjol bracht in die beginperiode een bedrag op van 35 gulden en een eiken vissersjol een bedrag van 90 gulden. Op aandrang van zoon Jb. Kraaier Jr. werd de eerste kano gebouwd. Dat was de overgang naar het bouwen van 'luxe boten'.
Het werfje kreeg als naam kanowerf 't Visschershop. Door demping van de sloot achter het huis was men gedwongen een andere plek te zoeken. Men verhuisde naar elders op de Zuiddijk, waar voor een prijs van 35 gulden kano's en voor 225 gulden jachtjes uit de Bergumermeerklasse (BM's) werden gebouwd. In 1929 verhuisde men onder de naam Jachtwerf Kraaier naar de Achtersluispolder. Hier werden door een tiental timmerlieden honderden kano's vervaardigd.
De bouw van BM-jachtjes werd uitgebreid en die van l2-voets- en Olympiajollen en grotere jachten naar eigen ontwerp werd ter hand genomen. In de Tweede Wereldoorlog werd de Achtersluispolder door de Duitse bezetter onder water gezet. Als reactie hierop ontstonden op de werf een aantal verzetsactiviteiten. Na de Tweede Wereldoorlog verliet Jb. Kraaier Sr. de werf. Hij werd opgevolgd door zijn zoon Jaap jr. en schoonzoon A. de Beer.
De werf, Scheepswerf Kraaier geheten, specialiseerde zich in de bouw van grote zeilen motorjachten. Door de gunstige dollarkoers ontving men ook orders uit de VS. Een stuk Zaanwater werd gedempt, waarop een grote bouwloods verrees. Het Indonesisch Inkoopbureau zorgde voor een order voor het bouwen van 24 havenboten naar ontwerp van Kraaier. Dit liep uit tot een order van 80 grotere schepen. Als gevolg van politieke ontwikkelingen (de Indonesië-kwestie) bleven verdere orders uit.
Ook de opdrachten uit de VS liepen terug. Uit Nederland zelf ontstond vraag naar coasters waar Kraaier een aantal van bouwde. Er ontstond echter een overaanbod bij minder vracht. Reders en werven liepen financiële klappen op. In 1957 was de werf in onderhandeling over de bouw van een 7000 tons vrachtschip. Hiervoor waren grote investeringen noodzakelijk. Door verschil van inzicht besloten Kraaier en De Beer uit elkaar te gaan. A. de Beer ging verder met de werf onder de naam Scheepswerf de Beerplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigBeer, de
Scheepswerf te Zaandam, geliquideerd in 1964. Scheepswerf De Beer kwam voort uit Scheepswerf Kraaier, Scheepswerf, en werd na de Tweede Wereldoorlog begonnen door J. Kraaier en A. de Beer. De werf legde zich aanvankelijk toe op de jachtbouw, later ook op de bouw van grotere stalen schepen. Dankzij opdrachten uit Indonesië voor havenboten. loodsboten en coasters werd de werf in de jaren 1953-1957 belangrijk uitgebreid. Het aantal werknemers steeg tot circa 250. De juridische vorm werd i….
Kraaier trad uit en ging aanvankelijk in Wormerveer en later in Egmond aan Zee verder met een ontwerpbureau voor zeil- en motorjachten voor werf- en amateurbouw tot een lengte van 20 meter. Ook ontwierp hij zijn wellicht grootste succes, de Piraat. Van dit kleine bootje zijn er duizenden gebouwd, ook in het buitenland.