Dit is een oude revisie van het document!


Padgemeenschappen en -reglementem In de Zaanstreek is in het verleden door de bewoners van vele paden een zogenoemde padgemeenschap gesticht met het oog op gezamenlijke belangen en plichten. Deze padgemeenschappen zijn er in vele gevallen toe overgegaan de gemaakte afspraken notarieel vast te leggen. Hiermee werden op een voor Holland unieke manier gedragsregels vastgelegd waaraan alle bewoners van het pad zich moesten houden. Vermoedelijk waren notariële bewonersovereenkomsten elders onbekend. padreglememeii zijn namelijk nergens buiten de Zaanstreek gevonden. Wel zijn elders (doorgaans in overwegend onhodoxchristelijke gemeenten. zoals Staphorst) in het gewoonterecht overblijfselen te vinden van vergelijkbare rechten en plichten. In de Zaanstreek verdwenen de laatste resten van de ge'i'nstitutionaliseerde bewonersafspraken overigens al in de eerste helft van de 20e eeuw. Padgemeenschappen ontstonden vrijwel meteen na de aanleg van de paden. Toen rond het begin van de 17e eeuw door snelle bevolkingsgroei de ruimte langs de lage en hoge dijken schaars werd. was men genoodzaakt “in het veld` te bouwen: er ontstonden paden. haaks op de dijken en aan de overzijde van de wegsloten. De mogelijkheid om deze paden door dwarspaden met elkaar te verbinden ontbrak meestal. Zodoende ontstonden kleine en tamelijk geisoleerde woongemeenschappen; de bewoners waren er op elkaar aangewezen. Dikwijls werd de padnaam afgeleid van die van de eerste bewoners (Jan Prinsenpadt. Rozengracht enz. ). soms ook had een al bestaand onbebouwd pad de naam van de molen waarnaar het leidde. De brug naar het pad over de wegsloot moest hoog genoeg zijn om de doorvaart van geladen schuiten mogelijk te maken. Ieders verantwoordelijkheid voor het onderhoud van brug en pad maakte deel uit van het padreglement. Wat de directe aanleiding is geweest voor het ontstaan van het eerste padreglement is niet na te gaan; mogelijk speelde angst voor de vestiging van ongewenste bedrijvigheid hierbij een rol. In veel reglementen is namelijk opgesomd dat er bijvoorbeeld geen traankokerij of leerlooierij aan het pad mocht worden gevestigd. Evenmin is zeker voor welk pad het eerst een reglement is opgesteld. ln een reglement voor het Peperpad (Oostzaandam) uit 1693 werd vervv ezen naar een eerdei reglement dat in 1622 was opgemaakt. Mogelijk is dit de eerste formeel vastgelegde overeenkomst van padbewoners geweest. Weinig later zijn padreglementen vastgesteld padgemeenschappen—padvinderij 573 De Nieuwe Vaartka- voor het Zilverpad en het Kuijperspad (zie de, een pad in de hierna), de twee paden die sinds de demping buun 'Achter de van de belendende sloot de Gedempte Gracht kerk' te Zaandijk te Zaandam vormen omstreeks 1920 Een belangrijke basis voor de padreglementen was de desti|ds algemeen aanvaarde burenplicht Bij geboorten, ziekten en sterfgevallen stonden de bewoners elkaar bij, zij vormden een hechte groep waarvan de leden elkaar zeer goed kenden Anders dan we zouden verwachten, werden de reglementen met van elkaar overgeschreven Toch bevatten ze in hoofdzaken dezelfde bepalingen hoe en door wie de sloten en bruggen moesten worden onderhouden, waar de 'secreten' of 'gemakhuizen' gebouwd mochten worden, wat te doen bij brand en bij gladheid, verboden op het drijven van vee, het rijden met karren, de uitoefening van hinderlijke of gevaarlijke bedrijvigheid, zoals traankokeri], touwslageri], kaarsenmakerij, leerlooierij, scheepswerven, smederijen, grutterijen, slachterijen, vleethuizen en herbergen. Ook het bouwen van eendehokken was meestal uitgesloten Duidelijk is dat de reglementen vooral gericht waren op het milieu, op rust en veiligheid Ondanks alle bepalingen is op ettelijke paden later toch wel bedrijvigheid ontstaan Het toezicht op de reglementen was toevertrouwd aan padheren. *Boekenoogen omschrijft de padheer als 'de persoon die het toezicht op het onderhoud van de paden en landhoofden is opgedragen en die de daartoe benodigde gelden van de belanghebbenden int In Assendelft heetten ZIJ oudtijds weelmeesters. Zij hadden het recht op het opleggen van boetes ( ) ledere bewoner moest dan ook het reglement onderschrijven Als men een huis op een bepaald pad kocht, dan was men direct onderhorig aan het reglement Bi| grote boetes en wanneer de financiën van het pad (waarvan sommige boekhoudingen nog aanwezig zijn) dat mogelijk maakten, werden de gelden overgemaakt naar de plaatselijke armen.' De padheren waren op de jaarlijkse padvergadering oi comparitie gekozen Zij werden ook wel aangeduid als opsienders, overluyden, bewindhebbers, burgemeesteren of regenten. De reglementen van het Blauwepad en het Meester Comelispad werden in 1791 'conventien' genoemd. De jaarlijkse vergaderingen hadden soms blijkbaar een feestelijk karakter, rekeningen laten zien dat er voor die van onder meer de Bloemgracht wijn en tabak werd geleverd. Om het vergaderingbezoek te bevorderen gaven de bewindhebbers van het Schipperspad in 1803 iedereen een halve fles wijn. Tenzij er groot onderhoud aan pad, brug of sloot op de agenda stond, verliepen de vergaderingen doorgaans snel Soms heette een pad een 'ven'. Dat verwees naar het lage en vochtige land waarop men zich had gevestigd Sommige paden waren onder meer dan één naam bekend, dikwijls doordat ze een naamswijziging hadden ondergaan, waardoor de oude en de nieuwe naam door elkaar werden gebruikt. Hierachter volgt een aantal paden met een reglement. Het jaartal duidt de notariële akte aan, de paden kunnen ouder zijn Er zijn ongetwijfeld meer padreglementen geweest dan hier worden opgesomd. Verklaarbaar is dat er weinig of geen vermeldingen zijn uit Oostzaan, Westzaan, Assendelft, Wormeren Jisp: in deze dorpen was er voldoende ruimte langs de dorpsstraat en behoefden dus geen paden voor bewoning van het veld te worden aangelegd De bewoners waren er echter wel gebonden aan soortgelijke bepalingen als in de padreglementen De reglementen zijn, soms nog tot ver in de 19e eeuw, herzien In 1933 besloten de bewoners van het Blauwe Arendspad in Zaan •SgHlH • p ^^^E ^H^^P | H g ^ ^ ^ ' ^ E . . 4 H^l^^-' –I S n B ^ I ^ ^ ^ ^ ^ - 1 ^ ^j^^^^^^^^mgjj^^^l^ |1^H ^ ^ K I -'^s^^H i9^1 ^ \ s ^^^^^ [ ^ I dam opnieuw een reglement in te stellen. 1 Men zag daarvan af toen bleek dat geen sancties tegen onwilligen mogelijk waren. Padreglementen 1637 Zilverpad of Zuider Nieuwendijk, Westzaandam; 1637: Kuijperspad (of Geldelozepad of Noorder Nieuwendijk), Westzaandam; 1638: Middelste Ven ('t Ventje), Westzaandam; 1643: Paardeven (of Aemland, Ameland), Westzaandam; 1643 Pnncepad (of Jan Vingerlingsven, Pnnsenstraat), Westzaandam; 1649 Stikkelspad (Stationsstraat), Westzaandam; 1650: Bogertpad (Boomgaardspad), Oostzaandam; 1656' Bloeme Graft (of Cornells Bleeckers Ven, Bloemgracht), Oostzaandam, 1656: Vincke padt (Vinkenstraat), Westzaandam; 1656. Seijlpadt (Gedempte Gracht), Westzaandam, 1656 Rustenburg (of Piet Hessenven), Westzaandam, 1656: Cnmpenburgh ('t Krimp), Westzaandam, 1656. Jacob Mensen ven (of Damstraet, Dampad), Westzaandam, 1656: Jacob Claesz Noomen padt (of Blauwe pad). Westzaandam; 1660: Haringpad (Stationsstraat), Westzaandam; 1662' Holland (Hollandse Pad), Westzaandam; 1663 Hovenierspad, Westzaandam; 1668 Moolenpadt, Oostzaandam; 1671: Tysenpadt, Westzaandam; 1671. lan Barentsz Backerspat (Bakkerspad), Westzaandam; 1672: Roosendael (nu bij Jonge Amoldusstraat), Oostzaandam; 1674: Papier padt (Kauwerspad), Westzaandam; 1677. Nickelspadt, Westzaandam; 1677: France pad (Fransestraat), Oostzaandam; 1678: Kalverstraet (Kalverstraat), Oostzaandam; 1679: Knijnepadt (Konijnenpad), Oostzaandam, 1679- Jan Pnnsenpadt (of het Noorder Kerckpadt, Parkstraat), Westzaandam; 1679 Pietie Wijespad, Oostzaandam; 1683: Schipperslaan (of Groote Koogeven of Stinkpad), Koog, 1685 Molenpadt (of Voogtenpadt, Botenmakersstraat), Westzaandam; 1692. Halstraet (Halstraat), Oostzaandam, 1694: Domineespad (Zuiderkerkstraat, (Koog); 1694- 't Eylant (nu ongeveer bij Belgische straat). Oostzaandam; 1697 Vossepad (Vermamngstraat), Koog, 1702' Oude Wagtmeesters padt, Westzaandam, 1704: Claes de Wittepadt, Koog; 1704: Crommenieer padt, Wormerveer; 1704: Weverspadt (Weverstraat), Wormerveer; 1706 De “Tuyn of Tuinpad, Zaandijk; 1710: Nieuwe Vaert agter de Kerck, Zaandijk, 1713 Hanepad, Oostzaandam, 1713' Pad van burgemeester Gemt de Wit, Koog; 1717: Relke-pad (Reelenstraat), Koog; 1719: Boumanspad (Bouwmanspad), Westzaandam, 1719 Breedweer, Koog; 1720: Noorder Sluijspatt (Sluisstraat), Koog, 1720: Sluispad, Oostzaandam; 1722: Wijnkantspat (Wijnkanspad), Westzaandam; 1722: Gorterspad, Zaandijk; 1722: Hasepad (Hazepad), Zaandijk; 1723: Jan Voogten Pat, Westzaandam; 1725. 't pad van Jan Derkse Pnns, Koog; 1725 Backerspad (Blauwe Arendspad) Westzaandam, 1726: Vnesse pad (Stationstraat), Koog; 1728 Schapenpad, Westzaandam; Sonnepad (Zonnepad), Zaandijk; 1729: Valdeurspad. Oostzaandam; 1730: Spinhuijspatt (Stationsstraat), Westzaandam; 1730: Brouwersgracht (voormalig Klein Rome), Westzaandam; 1731 Kaddegat en Nieuwe Haven (Kattegat had waarschijnlijk al in 1651 een reglement). Oostzaandam, 1746. St Catryne Pat (of Dirck Claasz Ven, Cathnjnepad), Oostzaandam; 1753: Broodkorfs-pad, Koog; 1754: Papepad (of Jacob Dirckx pat). Westzaandam; 1754 Jan Bestevaarspad (of Piet Tumenpad), Koog, 1757 Smaal, Oostzaandam, 1762 Weverspat (of Kramerspat), Oostzaandam, 1764: 't Bakkerspad, Westzaandam, 1767 Weefhuispad (Boschjesstraat), Koog; 1769: Hennepadt, Wormerveer; 1796: Huijsmanspad (of Doctor Rogaardspad, Dr. Roggertspad), Westzaandam, 1798 Zuider Jacob Menschen padt (of Roosgraft, Rozengracht), Westzaandam Deze en andere paden zijn als afzonderlijke trefwoorden in de encyclopedie opgenomen. Ger Jan Onrust Literatuur S. Lootsma, Een typisch stuk Communaal-histone. In: S. Lootsma, Historische studiën over de Zaanstreek, deel I, Koog 1939; D. Vis, De Zaanstreek, Leiden 1948. Padlaan. Verbinding tussen het oude centrum van Krommenie en de Vaartbrug, in 1850 aangelegd bij de bouw van de eerste veerbrug over de Nauemase Vaart. Voordien was er ongeveer op dezelfde plaats een veer naar Wormerveer, dat men vanuit Krommenie via het Wormerveerder pad (een schelpenpad, dat eerder - voor verbreding - 't Padje heette) bereikte. Een zijpad van de hoofdstraat heette vroeger een laan; het weiland langs het Wormerveerder pad werd ook Padlaan genoemd (de naam Padt-laan als landaanduiding werd al in 1665 in de polderlegger van de Banne van Westzaanden gebruikt) Toen de Vaartbrug werd gebouwd is aan de zuidkant van de, Padtlaan geheten, strook land een nieuwe verbindingsweg gemaakt. BIJ de naamsverklanng moet dus beslist niet gedacht worden aan een brede weg met bomen, maar aan de naam van het eerdere weiland. Aan de Wormerveerse kant van de Vaartbrug sluit de Kerkstraat op de Padlaan aan (in de tijd van het veer was dat het Krommenieer pad) Padvinderij. Vrijetijdsbesteding voor jongeren vanaf 7 jaar, spel en training, hetgeen moet leiden tot zelfredzaamheid binnen de leefgemeenschap en dienstverlening daaraan. De padvindenj is gebaseerd op het boek De Nieuwe Vaarrkade, een pad in de buurt 'Achter de kerk' re Zaandijk omstreeks 1920. padgemeenschappen-padvinderij voor het Zilverpad en het Kuijperspad (zie hierna), de twee paden die sinds de demping van de belendende sloot de Gedempte Gracht te Zaandam vormen. Een belangrijke basis voor de padreglementen was de destijds algemeen aanvaarde burenplicht. Bij geboorten. ziekten en sterfgevallen stonden de bewoners elkaar bij. zij vormden een hechte groep waarvan de leden elkaar zeer goed kenden. Anders dan we zouden verwachten, werden de reglementen niet van elkaar overgeschreven. Toch bevatten ze in hoofdzaken dezelfde bepalingen: hoe en door wie de sloten en bruggen moesten worden onderhouden, waar de “secreten` of `gemakhuizen` gebouwd mochten worden, wat te doen bij brand en bij gladheid, verboden op het drijven van vee, het rijden met karren, de uitoefening van hinderlijke of gevaarlijke bedrijvigheid, zoals traankokerij , touwslagerij, kaarsenmakerij , leerlooierij, scheepswerven, smederijen, grutterijen, slachterijen, vleethuizen en herbergen. Ook het bouwen van eendehokken was meestal uitgesloten. Duidelijk is dat de reglementen vooral gericht waren op het milieu, op rust en veiligheid. Ondanks alle bepalingen is op ettelijke paden later toch wel bedrijvigheid ontstaan. Het toezicht op de reglementen was toevertrouwd aan padherel! . *Boekenoogen omschrijft de padheer als “de persoon die het toezicht op het onderhoud van de paden en landhoofden is opgedragen en die de daartoe benodigde gelden van de belanghebbenden int. In Assendelft heetten zij oudtijds weelrneesters. Zij hadden het recht op het opleggen van boetes (…). Iedere bewoner moest dan ook het reglement onderschrijven. Als men een huis op een bepaald pad kocht, dan was men direct onderhorig aan het reglement. Bij grote boetes en wanneer de financien van het pad (waarvan sommige boekhoudingen nog aanwezig zijn) dat mogelijk maakten. werden de gelden overgemaakt naar de plaatselijke armen.' De padheren waren op de jaarlijkse padvergaderi'ng of comparitie gekozen. Zij werden ook wel aangeduid als opsienders, overluyden, bewindhebbers, burgemeesteren of regenten. De reglementen van het Blauwepad en het Meester Cornelispad werden in 1791 “conventien' genoemd. De jaarlijkse vergaderingen hadden soms blijkbaar een feestelijk karakter; rekeningen laten zien dat er voor die van onder meer de Bloemgracht wijn en tabak werd geleverd. Om het vergaderingbezoek te bevorderen gaven de bewindhebbers van het Schipperspad in 1803 iedereen een halve fles wijn. Tenzij er groot onderhoud aan pad, brug of sloot op de agenda stond, verliepen de vergaderingen doorgaans snel. Soms heette een pad een “ven'. Dat verwees naar het lage en vochtige land waarop men zich had gevestigd. Sommige paden waren onder meer dan één naam bekend, dikwijls doordat ze een naamswijziging hadden ondergaan, waardoor de oude en de nieuwe naam door elkaar werden gebruikt. Hierachter volgt een aantal paden met een reglement. Het jaartal duidt de notariële akte aan, de paden kunnen ouder zijn. Er zijn ongetwijfeld meer padreglementen geweest dan hier worden opgesomd. Verklaarbaar is dat er weinig of geen vermeldingen zijn uit Oostzaan, Westzaan, Assendelft, Wormer en J isp: in deze dorpen was er voldoende ruimte langs de dorpsstraat en behoefden dus geen paden voor bewoning van het veld te worden aangelegd. De bewoners waren er echter wel gebonden aan soortgelijke bepalingen als in de padreglementen. De reglementen zijn, soms nog tot ver in de 19e eeuw, herzien. ln 1933 besloten de bewoners van het Blauwe Arendspad in Zaan dam opnieuw een reglement in te stellen. Men zag daarvan af toen bleek dat geen sancties tegen onwilligen mogelijk waren. Padreglemenren 1637: Zilverpad of Zuider Nieuwendijk, Westzaandam; 1637: Kuijperspad (of Geldelozepad of Noorder Nieuwendijk), Westzaandam; 1638: Middelste Ven ('t Ventje), Westzaandam; 1643: Paardeven (of Aemland, Ameland), Westzaandam; 1643: Prineepad (of Jan Vingerlingsven, Prinsenstraat), Westzaandam; 1649: Stikkelspad (Stationsstraat), Westzaandam; 1650: Bogertpad (Boomgaardspad), Oostzaandam; 1656: Bloeme Graft (of Cornelis Bleeckers Ven, Bloemgracht), Oostzaandam; 1656: Vincke padt (Vinkenstraat), Westzaandam; 1656: Seijlpadt (Gedempte Gracht), Westzaandam; 1656: Rustenburg (of Piet Hessenven), Westzaandam; 1656: Crimpenburgh ('t Krimp), Westzaandam; 1656: Jacob Mensen ven (of Damstraet, Dampad), Westzaandam; 1656: Jacob Claesz Noomen padt (of Blauwe pad), Westzaandam; 1660: Haringpad (Stationsstraat), Westzaandam; 1662: Holland (Hollandse Pad), Westzaandam; 1663: Hovenierspad, Westzaandam; 1668: Moolenpadt, Oostzaandam; 1671: Tysenpadt, Westzaandam; 1671: Ian Barentsz Backerspat (Bakkerspad), Westzaandam; 1672: Roosendael (nu bij Jonge Amoldusstraat), Oostzaandam; 1674: Papier padt (Kauwerspad), Westzaandam; 1677: Nickelspadt, Westzaandam; 1677: France pad (Fransestraat), Oostzaandam; 1678: Kalverstraet (Kalverstraat), Oostzaandam; 1679: Knijnepadt (Konijnenpad), Oostzaandam; 1679: Jan Prinsenpadt (of het Noorder Kerckpadt, Parkstraat), Westzaandam; 1679: Pietie Wijespad, Oostzaandam; 1683: Sehipperslaan (of Groote Koogeven of Stinkpad), Koog; 1685: Molenpadt (of Voogtenpadt, Botenmakersstraat), Westzaandam; 1692: Halstraet (Halstraat), Oostzaandam; 1694: Domineespad (Zuiderkerkstraat, (Koog); 1694: 't Eylant (nu ongeveer bij Belgische straat), Oostzaandam; 1697: Vossepad (Verrnaningstraat), Koog; 1702: Oude Wagtmeesters padt, Westzaandam; 1704: Claes de Wittepadt, Koog; 1704: Crommenieer padt, Wormerveer; 1704: Weverspadt (Weverstraat), Wormerveer; 1706: De Tuyn of Tuinpad, Zaandijk; 1710: Nieuwe Vaert agter de Kerck, Zaandijk; 1713: Hanepad, Oostzaandam; 1713: Pad van burgemeester Gerrit de Wit, Koog; 1717: Relke-pad (Reëlenstraat), Koog; 1719: Boumanspad (Bouwmanspad), Westzaandam; 1719: Breedweer, Koog; 1720: Noorder Sluijspatt (Sluisstraat), Koog; 1720: Sluispad, Oostzaandam; 1722: Wijnkantspat (Wijnkanspad), Westzaandam; 1722: Gorterspad, Zaandijk; 1722: Hasepad (Hazepad), Zaandijk; 1723: Jan Voogten Pat, Westzaandam; .',g'i . 573 “ .fi-:h.- irI :i_ _ 1725: `t pad van Jan Derkse Prins, Koog; 1725: Backerspad (Blauwe Arendspad) Westzaandam; 1726: Vriesse pad (Stationstraat), Koog; 1728: Schapenpad, Westzaandam; Sonnepad (Zonnepad), Zaandijk; 1729: Valdeurspad, Oostzaandam; 1730: Spinhuijspatt (Stationsstraat), Westzaandam; 1730: Brouwersgracht (voormalig Klein Rome), Westzaandam; 1731: Kaddegat en Nieuwe Haven (Kattegat had waarschijnlijk al in 1651 een reglement), Oostzaandam; 1746: St Catryne Pat (of Dirck C laasz. Ven, Cathrijnepad), Oostzaandam; 1753: Broodkorfs-pad, Koog; 1754: Papepad (of Jacob Dirckx pat), Westzaandam; 1754: Jan Bestevaarspad (of Piet Tuinenpad), Koog; 1757: Smaal, Oostzaandam; 1762: Weverspat (of Kramerspat), Oostzaandam; 1764: `t Bakkerspad, Westzaandam; 1767: Weefhuispad (Bosehjesstraat). Koog; 1769: Hennepadt, Wormerveer; 1796: Huijsmanspad (of Doctor Rogaardspad, Dr. Roggertspad), Westzaandam; 1798: Zuider Jacob Menschen padt (of Roosgraft, Rozengracht), Westzaandam. Deze en andere paden zijn als afzonderlijke trefwoorden in de encyclopedie opgenomen. Ger Jan Onrusr Literatuur.: S. Lootsma, Een typisch stuk Communaal-historie. ln: S. Lootsma, Historische studiën over de Zaanstreek, deel I, Koog 1939; D. Vis, De Zaanstreek, Leiden 1948.

  • /home/zaanwiki/domains/zaanwiki.nl/private_html/encyclopedie/data/attic/padreglement.1445978584.txt.gz
  • Laatst gewijzigd: 2020/09/06 18:24
  • (Externe bewerking)