Kleine zaagmolens, meestal bovenkruiersplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigBovenkruier

Molentype. Wordt gekenmerkt door de draaibare kap. In tegenstelling tot de standerdmolen, de wipmolen en de paltrok, wordt bij de bovenkruier niet de gehele molenromp op de wind gedraaid, maar uitsluitend de kap waaraan het wiekenkruis is bevestigd. Hierdoor is een zwaarder geconstrueerde en ruimere molenromp mogelijk, eventueel met vast daarmee verbonden pakhuizen.
, maar ook wipmolens waarin planken worden verzaagd tot allerlei soorten latten. Men zaagde enkele latten of panlatten, dubbele latten, rinkellatten en tengels in verschillende dikten en breedten. Met veren werden de dunne latten aangeduid die werden gebruikt om de naden tussen vloer- en zolderplanken te dichten. Deze planken waren vroeger nog niet van ploeg en mes voorzien, maar aan beide zijden van groeven, waarin de losse veren werden aangebracht. Voor het zagen van de dunne latten werd hout uitgezocht met zo weinig mogelijk kwasten omdat deze uiteraard tot verzwakking en breuk leidden. Het aantal veerzagers is door Pieter Boorsmaplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigBoorsma, Pieter

Koog aan de Zaan, 10 oktober 1871 - 19 september 1951 Het Pink Pieter Boorsma stamde uit een arbeidersgezin, was sociaal zeer bewogen en gold politiek gezien als anarchist. Als jongeman was hij bevriend met F. Domela Nieuwenhuis. De overlevering wil dat zij tijdens een staking bij het oliebedrijf Het Hart en De Zwaan ’s nachts getweeën in een lantaarnpaal vóór het huis van de directeur van het bedrijf klommen en leuzen riepen. Zijn opvattingen vertolkte hij later in een aantal …
in Duizend Zaanse Molens niet afzonderlijk aangegeven maar heeft waarschijnlijk ongeveer 35 bedragen.

  • /home/zaanwiki/domains/zaanwiki.nl/private_html/encyclopedie/data/pages/veerzager.txt
  • Laatst gewijzigd: 2024/07/21 11:39
  • door zaanlander